Zindelijk worden is een grote stap voor je kind en er kan veel tijd en energie in zitten. Goed om te weten is dat dit proces voor elk kind anders gaat. Desondanks is het stappenplan over het algemeen hetzelfde. Wij lichten deze zindelijkheidstraining voor je uit!
Wat is een zindelijkheidstraining?
Zindelijk zijn houdt in dat kindjes zelfstandig naar de wc gaan als zij aandrang voelen. Ze weten wat de juiste plek is voor poep en plas en dragen geen luier meer. Bij een zindelijkheidstraining help je je kind zindelijk worden. Je leert ‘m op het potje gaan.
Bij elk kind gaat dit op een andere manier. De een pakt het snel op en de ander heeft wat langer de tijd nodig. Het ligt ook een beetje aan hoeveel tijd je zelf thuis hebt. Er zijn mensen die zweren bij de 3-day potty training waarbij je drie dagen non stop thuis zit met je kind en hem of haar zindelijk maakt binnen die tijd. Maar ook dit kan anders pakken, want geen kind is hetzelfde. Er zijn ook genoeg kinderen waarbij het een jaar of langer duurt. Wees vooral ook niet boos als het niet lukt of als je kind een terugval krijgt. Het hoort allemaal bij het proces. Blijf vooral lief voor je kind en wees geduldig.
Wanneer begin je met de zindelijkheidstraining?
Vanaf achttien maanden kan je proberen je kind zindelijk te laten worden. De meeste kinderen zijn tussen twee en drie jaar zindelijk overdag. ’s Nachts kan nog iets langer duren voor ze zindelijk zijn. Als het iets langer duurt, maakt dat ook niet uit. Zolang je kindje maar voor zijn vierde verjaardag zindelijk is; dat is het prettigst. Basisscholen mogen namelijk kinderen afwijzen als ze niet zindelijk zijn volgens de onderwijsraad.
Je kan ook afwachten tot je kind zelf zindelijk wilt worden. Ze geven vanzelf aan interesse te hebben in de wc. Of ze willen ineens hun luier niet meer om.
Wat heb je nodig?
Een checklist is altijd fijn! Welke items zijn noodzakelijk om in huis te halen?
- Een potje. Verkrijgbaar in meerdere maten, stijlen, kleuren. Genoeg keuze dus!
- Een wc-verkleiner. Hiermee zakt je kindje niet weg in de wc.
- Een krukje. Oké, niet heel noodzakelijk, maar zeker wel handig! Niet alleen om bij de wc te komen, maar ook bij de wastafel.
Stappenplan
Oké, al heel wat kennis rijker, maar hoe gaat het daadwerkelijk in z’n gang zo’n zindelijkheidstraining? Wij hebben voor jou het ultieme stappenplan!
1.Kennismaken met het potje
Laat je kind op het potje zitten en vertel wat de bedoeling is. Dit kunnen jullie eerst ook doen met kleding aan, zodat ‘ie alvast ervaart hoe het voelt. Doe zelf of met een pop voor hoe je het potje gebruikt. Leer je kind dat poep en plas helemaal niet gek is en niet iets is om voor te schamen.
2. Zodra je weet dat hij moet, zet hem op het potje
Let goed op je kind. Op een gegeven moment herken je bepaalde trekjes wanneer hij of zij nodig naar de wc moet. Dit is het moment dat je ‘m op het potje zet. Je zit misschien niet altijd bij het juiste eind, maar het is belangrijk dat je dit gewoon blijft doen. Uiteindelijk vallen die eerste druppels wel.
3. De eerste druppels vieren
Er komt wat in het potje! Yay! Maak meteen duidelijk dat dit fantastisch is, zeg bijvoorbeeld: “Goed gedaan!” Haal niet meteen een camera tevoorschijn als je kind aan het poepen is, wacht rustig tot hij klaar is. Een camera zorgt er vaak voor dat het poepen te vroeg stopt.
4. Houd je aan een dagelijkse routine
Ga standaard na elke maaltijd naar het potje. Vertel opnieuw wat de bedoeling is en wacht samen af. Maak er ook wat gezelligs van! Waarschijnlijk ga je nog vaak genoeg naar het potje terwijl je kind niet eens hoeft. Dat maakt niet uit; uiteindelijk zullen kinderen het vanzelf doorhebben en kunnen ze zélf aangeven wanneer ze naar de wc moeten. Maar laat kinderen nooit alleen naar het potje gaan.
5. Vraag of hij/zij moet plassen
Vraag dit de hele dag door. 100 keer als het moet. Hiermee leer je kinderen bewust om te gaan met het gevoel van een volle blaas. Ga dan wel als je kind uiteindelijk aangeeft dat hij moet! Ook wanneer je net het avondeten op tafel hebt gezet of als je op de bank ploft na een lange dag werken.
6. Probeer je kind af en toe op de wc zetten
Als het potje een tijdje goed gaat, probeer je kind dan met behulp van een wc-verkleiner ook af en toe op de wc te zetten. Let op: trek niet gelijk door, want dit kunnen sommige kindjes eng vinden!
7. Luier weghalen
Als jullie routine al een tijd goed gaat en je kind steeds droge luiers heeft, dan is het tijd om de luier weg te halen. ’s Nachts zindelijk worden duurt altijd wat langer. Houd ’s nachts dan ook de luier (of het luierbroekje) nog wat langer aan anders ben je elke dag het bed aan het verschonen. Laat je kind naar de wc gaan voor hij gaat slapen en daarna nog een keer als jullie gaan slapen (hiervoor maak je hem dus wakker). Als je dit een paar dagen herhaalt en merkt dat de luier droog is, kan je het zonder luier proberen. Als het zonder ook goed gaat, is je kind helemaal zindelijk!
Tips
- Zorg dat je kind droge kleding bij zich heeft als hij of zij bijvoorbeeld naar de opvang gaat of op visite gaat.
- Doe kleding bij je kind aan die makkelijk uit gaat. Rompertjes kunnen bijvoorbeeld erg onhandig zijn met al die drukkertjes.
- Zorg dat je een sopje bij de hand hebt, voor als er ongelukjes gebeuren.
- Gebruik een matrasbeschermer voor ongelukjes in de nacht. Zo voorkom je dat er viezigheid in het bed terecht komt.
- Heb altijd schoon beddengoed achter de hand.
- Complimentjes kunnen goed werken als extra motivatie.
- Voorleesboekjes kunnen ook dienen als motivatie. Denk aan Mijn potje en Mag ik eens in je luier kijken? Ze stimuleren kinderen om zelfstandig op het potje te plassen en zindelijk te worden.
- Licht de kinderopvang in over de zindelijkheidstraining. Het is wel zo handig als zij ook op de hoogte zijn.
- Wacht op een stabiel moment. Niet wanneer er veel veranderingen afspelen, zoals een verhuizing of de geboorte van een broertje of zusje. Het beste is dan om eventjes te wachten.
- Tot slot: ongelukjes horen erbij! Blijf ontspannen en ga zeker niet straffen. Leg ze uit wat er is gebeurd en verschoon ze met een glimlach.
